|
|

Pech onderweg naar Nakuru (3)
De dag begon zo veelbelovend met cheeta's, leeuwen en nog eens leeuwen. Nu staan we
stil met een kokende motor, ergens in de middle of nowhere. We zijn van de
Masai Mara op weg naar Nakuru en hebben een paar honderd kilometer voor de
boeg. We hebben nog een paar liter drinkwater, dat gooien we in de radiateur.
Die is namelijk zo lek als een mandje. Het komt er met dezelfde vaart ook weer
uit. Toch maar weer op weg, er zit niks anders op. Na nog een aantal van dit
soort stops is ons water op. Wat nu? We speuren de omgeving af naar water, maar
alles wat we zien is een grote, dorre vlakte aan weerszijden van de eindeloze
weg die lijkt op te lossen in het niets. Sammy rommelt wat onder de motorkap en
doet wanhopige pogingen de gare bak weer aan de praat te krijgen. Wij proberen
kalm te blijven. We zullen ooit wel in Nakuru aankomen en anders overnachten we
in Narok. Verkeer is hier zeldzaam. En als er eens wat langs komt, dan zijn het
toeristen die ons in een rotgang voorbij scheuren en ons dommig aangapen
vanachter de raampjes. Daar staan we dan, verloren en hulpeloos midden in de
verzengende hitte van de Afrikaanse savanne. Totdat er een aantal vrachtwagens
afremmen waar een stuk of vijftien Kenyanen uitspringen. Met z'n allen duiken
ze onder de motorkap en constateren nu nog een ander probleem. Iets met de accu
geloof ik. Maar warempel, na een tijdje start de motor en kunnen we weer op
weg. De Kenyanen zwaaien ons uitbundig lachend na als we voorbij rijden.
Hakuna Matata!
Wanhopige Sammy
Vijf minuten later slaat een van de rode wijzertjes op het dashboard al weer
gevaarlijk ver door naar rechts. De rest van de wijzertjes hangt werkeloos naar
beneden, maar die zijn waarschijnlijk in een grijs verleden al kapotgegaan. We
beginnen zenuwachtig te worden maar proberen ons goede humeur te bewaren. De
motor heeft het kookpunt inmiddels weer overschreden en het water uit de
radiateur spat tegen de voorruit. Sammy geeft wanhopig nog een keer plankgas,
iedere meter die we winnen is meegenomen. Ik kan m'n ogen niet geloven als even
later blijkt dat we pal naast een viezige waterpoel tot stilstand zijn gekomen.
We vullen hier onze waterflessen met modderig water en gaan weer op weg nadat
Sammy de radiateur heeft volgegooid. Hij baalt als een stekker. Uren later
bereiken we eindelijk Narok. Het wemelt hier van de Maasai die vanuit de wijde
omgeving naar de markt komen. We genieten van een heerlijke lunch en tussen de
happen door, vragen we ons af wat we nu van plan zijn. De jeep is afgeleverd
bij de plaatselijke garage en Sammy is aan het bier geslagen. Dat kan maar een
ding betekenen: de situatie is hopeloos. We zijn het er al bijna over eens dat
we terug naar Nairobi gaan en de rest van onze safari met een andere
touroperator regelen, als Sammy ons meldt dat er een taxi voor ons klaar staat
om ons naar Nakuru te vervoeren. Daar zullen we een aantal andere
Planet-reizigers ontmoeten met busje en chauffeur zodat we de safari kunnen
voortzetten naar Lake Nakuru. Ja fijn, maar hoe moet het dan met de rest van
onze safari? " Alles zal geregeld worden". Meer kan Sammy er ook niet
van maken. We hebben echt medelijden met hem als we afscheid nemen. Het huilen
staat 'm nader dan het lachen. Zodra de jeep gemaakt is zal hij teruggaan naar
Nairobi, maar waarschijnlijk wordt dat pas morgen. Als het meezit, tenminste.
Met een taxi naar Nakuru
Onze rugzakken hevelen we over in de taxi en we zijn gereed voor vertrek. Maar waar
is de chauffeur opeens gebleven? Verderop zien we hem rondhangen tussen een
stel maten van 'm en zo te zien heeft hij absoluut geen haast. Wat heeft dit nu
weer te betekenen? Aan een van de mannen die er ook iets mee te maken schijnt
te hebben, vragen we wat er aan de hand is. Onze chauffeur? O, die is nog even
ergens aan het eten en zal zo wel terugkomen. Ik ga bijna aan mezelf twijfelen,
maar ik weet zeker dat die man daar in dat groepje hier net achter het stuur
zat. Op een gegeven moment wordt ons duidelijk dat de man weigert in te stappen
zolang hij nog geen geld heeft gehad voor de brandstof. Nog meer mannen komen
zich er mee bemoeien en er ontstaat een heftige discussie. Als ze maar niet
denken dat wij gaan dokken. Na een uur stapt de chauffeur in (zou hij geld van
Sammy hebben gehad?) en laten we Narok achter ons.
Sammy nummer twee
Ergens halverwege op de weg naar Nakuru ontmoeten we Sammy nummer twee. Hij is onze
nieuwe chauffeur en zal ons, en vier andere reizigers, naar Nakuru brengen. Die
vier andere reizigers blijken oude bekenden van ons te zijn, we hebben ze al
ontmoet in de Masai Mara. We hebben geen flauw idee hoe ze het allemaal voor
elkaar krijgen bij Planet, maar we zullen wel zien waar we terecht komen. We
overnachten in Pemways Hotel, even voor Nakuru. Wat zal de dag van morgen ons
brengen?
Lake Nakuru National Park
Alles wat we hadden verwacht, maar toch zeker geen luipaard! In het hoge gras loopt hij
te slepen met een prooi in z'n bek, op weg naar een van de schitterende 'yellow
fever trees' waar hij in alle rust zal gaan genieten van de maaltijd. Helaas
kunnen we daar niet op wachten, gezien enkele safaribusjes achter ons die het
nodig vinden te pepperen omdat ze er langs willen. In een sneltreinvaart op
safari. Het Afrikaanse tempo leent zich echter
veel beter voor een safari, maar dat is iets wat sommigen kennelijk niet
begrijpen. We gaan even aan de kant om deze snelheidsmaniakken door te laten en
speuren de omgeving af naar het luipaard. Maar die is natuurlijk al lang
verdwenen met zoveel herrieschoppers in de buurt. Luipaarden houden ervan zich
te verstoppen en Lake Nakuru National Park met zijn vele bomen en struiken is
dan ook de perfecte leefomgeving voor deze dieren. Misschien dat we op de
terugweg nog een glimp van het beest op kunnen vangen.
Paradijselijk
Een roze waas hangt over Lake Nakuru dat glinstert in het ochtendlicht; duizenden
flamingo's bevolken het meer. Op weg er naar toe komen we een stel neushoorns tegen. Zo'n
reusachtige kolos pal naast de auto is toch wel lichtelijk angstaanjagend.
Niemand die het waagt om te praten. Ook ik
hou m'n adem in. Blijkbaar voelt hij zich op z'n gemak bij ons, hij gaat er bij
liggen maar zijn ogen laten ons geen moment los. Spectaculair! Een zucht van
verlichting gaat door de auto op het moment dat de motor wordt gestart en we
richting het meer rijden. De flamingo's maken een gigantische herrie met z'n
allen. Wat een fantastisch gezicht is dit. Paradijselijk, zo mooi. We mogen
hier de auto uit en proberen wat dichter bij de flamingo's te komen. Maar met
iedere stap die wij zetten, zetten zij er drie zodat het niet echt opschiet.
Nadat we een tijdje van de schitterende omgeving hebben genoten, gaan we weer
op zoek naar het luipaard. Maar hij laat zich niet meer aan ons zien. Wel zien
we nog twee leeuwen, een groep bavianen, gazellen, zebra's, giraffen en een
aantal waterbuffels. Dit is een ander soort dan die we in de Masai Mara gezien
hebben en ze schijnen een stuk agressiever te zijn. We blijven op veilige
afstand.
Gehobbel
Terug in het hotel nuttigen we ons verlate ontbijt en pakken de rugzakken voor vertrek
naar Mount Kenya. Helaas hebben we geen tijd (en geen conditie) om de bijna
5200 meter hoge top te beklimmen, maar we willen toch een dagje lekker lopen.
Onze medereizigers gaan ook met ons mee naar Nanyuki en nu snappen we helemaal
niks meer van de hele organisatie. Ze gingen toch terug naar Nairobi?? Als we
aankomen in Nyahururu is het inmiddels vier uur en ik ben behoorlijk gaar door
het gehobbel en een lege maag. Een bord patat gaat er wel in. Buiten staan
inmiddels weer twee andere voertuigen van Planet. De ene is een busje waar onze
medereizigers instappen en ook wij verhuizen onze spullen voor de zoveelste
keer.
Klaar voor een nieuw avontuur
We hadden gevraagd om een degelijke jeep voor de reis naar Lake Turkana,
maar dit ding ziet er precies zo uit als de vorige. Durven we het aan?
Zinnetjes uit mijn reisgids die aan duidelijkheid niets te wensen overlaten,
schieten door m'n hoofd. 'De tocht door
het noorden moet u alleen maken als u beschikt over een goede
terreinwagen'. 'Wees ervan overtuigd
dat uw gids het gebied grondig kent en ga niet op reis zonder een reparatieset
voor lekke banden, reserveonderdelen en minstens twee zandladders'. Onze nieuwe
chauffeur, Paul, weet ons te overtuigen. Hij is een rustige man van een jaar of
vijftig en komt heel wat betrouwbaarder over dan die vorige praatjesmakers. Hij
rijdt al jaren de route naar Turkana en we kunnen deze jeep volgens hem
volledig vertrouwen. Vorige week is hij nog teruggekomen van een reis door het
noorden en dat is allemaal zonder problemen verlopen. Maar voor we ons
definitief in dit nieuwe avontuur storten, hebben we nog een paar vraagjes. Hoe
is het gesteld met de veiligheid op het moment? Nog Somalische bandieten,
struikrovers of ander gespuis tegengekomen toevallig? Er stond tenslotte ook in
de reisgids dat we de locals en ervaren reizigers om advies moesten vragen.
Maar in zeven jaar is hem nog nooit iets overkomen. Dat geeft de doorslag. Laat
het avontuur maar beginnen!
TERUG NAAR INDEX | LEES VERDER...
|
|